geen gratie | gein gratie

Een liggende zwart-wit op A5-formaat toont een protestbord tegen een onscherpe stadse achtergrond. Je ziet hoe een hand, linksonderin voor de helft op de foto, een van de twee stokken in de lucht houdt waar het bord of liever gezegd het banier aan bevestigd is.

Aan het bord bungelen drie papieren mannetjes aan een stropje en erop staat geschreven: ‘Zo had het gemoeten! Nooit een gratie’.

De mannetjes lijken te wapperen in de wind.
De woorden nooit en gratie zijn vet onderstreept.
Het woord zo is iets dikker geschreven.
Op het bijschrift staat:

'Bord tijdens een demonstratie op het Binnenhof voorafgaand aan het debat over het gratieverzoeken van de Drie van Breda, 24 februari 1972.'

We zijn bij toeval, we kwamen voor iets anders, op een tentoonstelling van de fotograaf Vincent Menzel beland in het Rijksmuseum Amsterdam. Menzel was jarenlang fotograaf van NRC Handelsblad.

Veel helden van vroeger.
Gerard Reve. Jules Deelder. Joop den Uyl.

Allemaal dood.
Prachtige koppen.

De drie van Breda. Het zou me niets gezegd hebben, maar mijn opa van vaderskant heeft destijds gezegd:

‘Als die vrij komen, is eentje voor mij.’

Ik weet 't uit de familieverhalen. Grootvader Harie, inderdaad mijn naamgever, is in 1974, drie jaar voor mijn geboorte gestorven. Ernstig ziek. Die ene waar hij over sprak, dat was Joseph Kotalla, de wrede bewaarder in kamp Amersfoort.

Mijn grootvader zat er in de zomer van 1944 drie maanden opgesloten.

November vorig jaar bezocht ik met mijn broer en miene pap het kamp of wat er van over is. In Kamp Amersfoort kwamen mensen, en het zijn er zo'n 47.000 geweest, die de Arbeitseinsatz weigerden, verzetswerk deden, maar ook om andere redenen. Soms werden ze van daar naar elders getransporteerd.

Op de binnenplaats is een met prikkeldraad afgegrensde corridor die eufemistisch 'De Rozentuin' genoemd werd: een appèlplaats waar gevangenen soms een etmaal moesten staan in barre weersomstandigheden. Als ze vielen werden ze rechtop geknuppeld.

Het prikkeldraad is bij de renovatie van het kamp deze eeuw hernieuwd aangebracht in overleg met de overlevers: ze vonden dat deze gruwel blijvend aan mensen getoond moet worden.

Opdat we niet vergeten.

In een stemmige kelderruimte is een mooie en informatieve expositieruimte met een muur waar bezoekers met een witte uitwisbare stift iets op kunnen schrijven.

‘Mijn vader sprak nooit over de oorlog maar als hij de naam Kotalla hoorde was hij des duivels.’
‘Dat had over mijn vader kunnen gaan', zegt míjn vader.

Mijn grootvader is niet gestorven aan een ziekte maar aan een oorlogswond.
Niet praten en niet kunnen wreken.
Maar wel twee pakjes sigaretten op een dag roken.

Gein gratie.
D'r is zoveal det ich nog neet weit.

Ik sprak deze column in Zösters Plat uit op zaterdag 19 februari 2022 als afsluiting van het L1-programma 't Lèste Waord: https://l1.nl/plat-eweg-leste-waord-door-harold-k-169629/ Vijf dagen later vielen Russische troepen Oekraïne binnen. Opnieuw is Europa in oorlog.

De afbeelding bij dit artikel toont een muurschildering van Kamp Amersfoort in vogelvlucht. Deze muurschildering is in 1944 door gevangenen gemaakt. Afbeelding op 2 maart gedownload via de Wikipedia-pagina van Kamp Amersfoort.